[HOME] [INHOUDSTAFEL] [HET LEVEN] [PANTOMIME] [SCHILDERKUNST] [BIOGRAFIE]

 
         
   

Pantomime

   
   

Voor een jonge en beginnende artiest zoals Max Szoc was de kunst, zowel de schilderkunst als theater, een groot avontuur vol verrassingen. Zijn avontuur met theater begon kort na het beëindigen van zijn studies, toen hij kennis maakte met pantomime. Na zijn eerste ervaringen was hij zo enthousiast, dat hij besloot zijn eigen pantomimetheater, ‘Studio Miniatur’, te starten.


Studio Miniatur, ‘Parasol’

Samen met zijn gezelschap leerde en ontdekte hij dit domein van de kunst. Hij was ervan overtuigd dat artistieke intuïtie veel meer betekent dan opleiding en kennis en zijn ervaringen bevestigden dit. Het stuk ‘Parasol’ dat hij vroeger geschreven had, kreeg een volledig nieuwe realisatie en was het begin van een welgeslaagde tocht. Elk nieuw spektakel was beter dan het vorige en ook op festivals begonnen ze steeds meer in de belangstelling te komen. Eén van hun grootste successen was ‘Orfeusz’. De enscenering was een geslaagd experiment om theater, pantomime, film, schilderkunst, licht en muziek samen te smelten tot een geheel. Zeer speciaal waren de dia’s, die Max hier gebruikte en die hij zelf vervaardigde. Door het verbranden en inkleuren van de dia’s werd er diepte gecreëerd en verkreeg men een zeer interessant en schilderachtig effect. Hun succes kan ik het best illustreren met een vertaalde recensie over ‘Orfeusz’, die in 1969 in een cultureel tijdschrift* verscheen:

“Het is interessant hoe woorden met de tijd verschillende betekenisnuances krijgen. Vandaag heeft ‘amateur’ een eerder pejoratieve betekenis gegeven aan mensen die met gebrek aan vakkundige kennis, als enige troef de ‘goede wil’ hebben. Maar deze term uit het Latijn betekent toch zoveel als ‘liefhebber’, iemand die zich onzelfzuchtig met iets bezighoudt, uit pure interesse. Zo was ‘een amateuristisch ding’ ook vroeger het grootste compliment, dat een ding omschreef, dat een echte kenner niet in verlegenheid kon brengen.

Het studententheater van de Academie van geneeskunde uit Stettin, ‘Studio Miniatur’ is een amateurtheater, maar dan wel in die hoogste betekenis van het woord. Het is eveneens een jong theater: het gezelschap bestaat sinds 1966, ‘Orfeusz’ is pas de vierde première. Hun eerste stuk ‘Parasol’ behaalde de derde prijs op het tweede Festival van Studententheaters in Lublin. Het recente vierde stuk, nam twee jaar later op hetzelfde festival de eerste prijs in ontvangst. Dat is een zeer grote onderscheiding, vooral omdat het hoge niveau van de andere concurrerende gezelschappen overal gekend is en ook door de ‘onconventionele’ vorm van de Stettinse voorstelling. De traditionele vorm van de studententheaters was een theater in woorden met ambitieuze teksten. In ‘Orfeusz’ gebruikt men geen woorden, althans geen betekenisvolle woorden. Alles speelt zich af tussen gebaren en licht. De muziek en de Engelse tekst, die uit de luidsprekers komt, zijn maar extra effecten die een begeleidende functie hebben. Men behelpt zich ook zonder overvloedige decoratie, dure kostuums en rekwisieten, waarmee de hedendaagse Poolse pantomime is overladen. Zelfs het acteren is hier beperkt, bescheiden. Uit de vorige stukken weet ik, dat de pantomimespelers veel meer kunnen dan ze in dit spektakel laten zien. Het is echter een voortreffelijk theater.

De mythe over Orpheus, diegene die zijn geliefde Eurydike zocht in het dodenrijk, is al zoveel keer geëxploiteerd in theaters, poëziën, films en muziek, dat men zou denken dat het onmogelijk is om een nieuwe vorm te vinden om dit oude verhaal voor te stellen. Maksymilian Szoc, beeldend kunstenaar, regisseur en artistieke leider van Studio Miniatur, heeft bewezen dat het mogelijk is.

Het 35 minuten lange, spannende spektakel is eigenlijk enkel een verhaal over de weg. Eurydike vertrok naar het land der schaduwen. Orpheus gaat haar daar weghalen. Toen kreeg de witte achtergrond van de scène, waarop fantastische droombeelden verschijnen van deze weg, een betekenis. Op de steeds van kleur veranderende achtergrond van de wonderlijke decoratie is de menselijke figuur maar klein. Toch is zijn hardnekkigheid groter dan de schitterende landschappen vol pracht en dreigingen. Hij omzeilt alle hindernissen, gaat steeds verder naar beneden, tot hij zich uiteindelijk in de laatste kring bevindt. De regisseur bezette het midden van deze hel met figuren die niet in de legende voorkomen: nazi’s, gevangenen, lijken, een mistige dame en een opstandeling van Warshau. Wanneer Orpheus elk van deze groepen nadert, om zich ervan te overtuigen dat het mensen zijn, die ondanks de schijn dat ze leven onherroepelijk omgekomen zijn, is zeer ontroerend. En eindelijk vindt hij Eurydike terug. Volgens het bevel van de goden, wint hij haar terug indien hij onverschillig al de tragische schaduwen kan voorbij lopen. De lange weg begint. Orpheus is totaal uitgeput, wat de acteur heel expressief uitbeeld. Eurydike volgt hem, maar ze kan moeilijk met het verleden breken. En eindelijk de finale: Orpheus kijkt achterom. Alles is verloren. De poorten, die Eurydike tegenhouden, sluiten voor eeuwig.


Kostuumontwerp voor ‘Parasol’

De twee witte doeken, die onopvallend over de scène schuiven geven uitstekende effecten. Ze zorgen ervoor dat de personages verschijnen en verdwijnen zoals geesten. Maar de eigenlijke helden van de voorstelling zijn de schilderachtige en prachtige dia’s, de bewegende kleuren. Enkel Maksymilian Szoc, kunstschilder en theaterliefhebber kon zulk een spektakel bedenken en maken.”

Met dit stuk bereikte het gezelschap een soort perfectie, maar dit was tegelijk ook de grens van hun mogelijkheden. Max zei dat theater op langere termijn niet zonder woorden kan bestaan. Dankzij zijn werk met ‘Studio Miniatur’ werd hij bekend in theaterkringen en zo kreeg hij vele voorstellen van verschillende theaters om voor hen te werken.

*Uit: ITD 27, “Impresje Krakowskie”, Waczkow, J., 1969

   
         
 

Alle rechten voorbehouden. Visual Expedition 2002